zaterdag 6 mei 2017





LEVEN IN VERBONDENHEID MET GOD


De Mariakapel in de Titus Brandsma Gedachteniskerk blijft mij verwonderen. In het centrum, op de voorgrond, staat Maria, in contemplatie gebogen over het geheim van Gods inwoning in de menselijke ziel, in de persoon van het kind Jezus, dat, uitreikend naar ons, de Christuszegen maakt. Op de achtergrond zie ik de ramen van Hubert Estourgie waarin verschillende aspecten van het Oude Verbond uit het boek Genesis uitgebeeld worden, van links naar rechts de geest die over de wateren zweeft, de engel bovenaan de ladder in de droom van Jakob, de duif met de ark van Noach, en de regenboog na de zondvloed. Langzaam groeit bij mij het besef, dat Maria in deze apsidiool (kleine apsis, straalkapel) uitgebeeld wordt als draagster van het Nieuwe Verbond, belichaamd in de persoon van Jezus Christus. Het is alsof het Oude en Nieuwe Verbond in Jezus op hun plaats vallen. Vooral de ark en de regenboog vallen mij op.



Jan Toorop heeft zich in zijn laatste zelfportret “Het Gebed” laten inspireren door “Het klein officie van de Onbevlekte Ontvangenis”, waar Maria in een lofzang begroet wordt als “heilige bondsark”, en “regenboog, in ’t lichtruim stralend”. In het Apostelraam zien we de Christusfiguur omgeven door een twaalfvoudige stralenkrans in regenboogkleuren. Zou hij met die regenboogkrans Maria bedoelen?



Als Lichaam van Christus heeft iedere gelovige en geloofsgemeenschap deel aan deze verbondenheid met God. In het oude verbond werkte God van buitenaf: de wet stond op stenen tafels. In het nieuwe verbond wil God van binnenuit werken: de Geest legt de wet in ons hart, we gaan zelf willen wat God wil, dat wij gelukkig worden, elkaar gelukkig maken. Door te leven in Christus, met het leven van Christus in ons, krijgen wij de kracht en de wijsheid om God, elkaar, en onszelf lief te hebben.