GELIJKENIS VAN DE VIJF WIJZE EN DWAZE
MEISJES
Matteüs
25:1-13
1 Dan zal het met het koninkrijk van de
hemel zijn als met tien meisjes die hun olielampen hadden gepakt en eropuit
trokken, de bruidegom tegemoet. 2 Vijf van hen waren dwaas, de andere vijf waren
wijs. 3 De dwaze meisjes hadden wel hun lampen gepakt, maar geen extra olie. 4
De wijze meisjes hadden behalve hun lampen ook olie in kruiken bij zich. 5
Omdat de bruidegom op zich liet wachten, werden ze allemaal slaperig en
dommelden ze in. 6 Midden in de nacht klonk er luid geroep: “Daar is de
bruidegom! Kom, ga hem tegemoet.” 7 Dat wekte de meisjes en ze brachten hun
olielampen in orde. 8 De dwaze meisjes zeiden tegen de wijze: “Geef ons wat van
jullie olie, want onze lampen gaan al uit.” 9 De wijze meisjes antwoordden:
“Nee, straks is er nog te weinig voor ons en jullie samen. Zoek liever een
verkoper en koop zelf olie.” 10 Terwijl zij op olie uit waren, arriveerde de
bruidegom, en zij die klaarstonden gingen met hem naar binnen voor het
bruiloftsfeest, waarna de deur gesloten werd. 11 Enige tijd later kwamen ook de
andere meisjes. Ze riepen: “Heer, heer, laat ons binnen!” 12 Maar hij
antwoordde: “Ik ken jullie werkelijk niet.” 13 Wees dus waakzaam, want jullie
weten niet op welke dag en op welk tijdstip hij komt.
Jezus
gebruikt deze gelijkenis om zijn toehoorders voor te bereiden op het leven na
Zijn dood, verrijzenis, hemelvaart, en de nederdaling van de Heilige Geest met
Pinksteren.
De
meisjes worden in andere Bijbelvertalingen ook wel eens aangeduid met ‘jonge
vrouwen’ of ‘maagden’, hetgeen volgens mij duidt op de ontvankelijkheid voor het
Woord van God, belichaamd in de persoon van Jezus Christus, net zoals bij de
maagd Maria. Deze is ons allen voorgegaan in het ontvangen van en vervuld
worden met de Heilige Geest. Maria
belichaamt de Wijsheid van God, het ontvangende aspect van het Godmenselijke
betrekkingsgebeuren, dat het Woord van God hoort en het in haar hart bewaart. Maria
gaat ons voor in de Ontvangenis, en Jezus in de Zelfgave van God.
Ingres: Madonna van de Eucharistie
|
Je zou de olie in de gelijkenis van de vijf wijze en dwaze meisjes kunnen zien als de brandstof die nodig is voor het ontsteken van het licht van Gods Geest . De wijsheid staat dan voor het leven in Gods tegenwoordigheid, het leven voor Zijn Gelaat. Je neemt de liefde van God in je op, en je beantwoordt die liefde door je geheel en al aan God en je medemens te geven; daardoor word je op jouw beurt opgenomen in de liefde van God.
De dwaze
maagden in de gelijkenis zijn kennelijk niet goed omgegaan met het Leven wat ze
van Godswege ontvangen hebben. Volgens
de mysticus Ruusbroeck moet je de liefde van God voelen en smaken, in je
opnemen, zodat deze in jou werkzaam kan zijn en je kan omvormen naar Gods beeld
en gelijkenis. Je kunt God ook proberen te begrijpen met je verstand; het is
niet verkeerd om te reflecteren op het leven dat je ontvangt, maar het is een andere zaak als je dit
kritisch beoordeelt met het oog op wat jezelf belangrijk vindt in het leven.
Dan probeer je God zover te krijgen dat deze aan jouw verwachtingen beantwoordt,
jouw eigen belangen dient. Het is ook goed
om te beseffen dat je jezelf hiermee buiten de gemeenschap met God plaatst. De
liefde van God verlangt ernaar beantwoord worden en wel met je eigen leven.
Niemand anders kan de liefde van God in plaats van jou beantwoorden. Daarom
helpt het ook niet als je, zoals de dwaze meisjes doen, de olie voor de lampen
elders koopt. Wat je dan eigenlijk doet
is het aanspreken van menselijke vermogens die je beschouwt als handelswaar. Je
ontvangt het leven uit Gods hand; het is een illusie om te denken dat je zelf
de bron en schepper bent van het leven dat je leidt. Het beantwoorden van Gods
liefde zul je dus zelf moeten doen, en
wel met dezelfde liefde die God voor jou heeft. Je kunt de liefde van God ook niet
opeisen voor jezelf, met uitsluiting van anderen die je zelf minder waardig acht
omdat ze volgens jou Gods geboden niet onderhouden (zoals de Farizeeën deden).
Nee, je beantwoordt die liefde juist door het schenken van onvoorwaardelijke
liefde aan anderen, in navolging van Christus. Overigens moet je daarin niet te streng zijn;
mijn ondervinding is dat God minder streng is voor ons, dan wij voor onszelf en
anderen. De menselijke liefde is nu eenmaal onvolmaakt en schiet altijd te kort
in vergelijking met Gods liefde voor ons. In dit opzicht hebben we, vanuit
onszelf, dus altijd te weinig van de olie waar in de vergelijking sprake van
is, verkeren we in een permanente ‘oliecrisis’. God verlangt weliswaar naar
beantwoording van Zijn liefde, maar wil deze niet afdwingen. Het doen van Gods
wil betekent ook niet dat je daarin je eigenheid verliest. In wezen wil God ons
gelukkig maken en vraagt Hij van ons om datzelfde naar anderen te doen. Door
beeld van God te zijn, word je juist ten diepste bevestigd in wie je bent in
Gods ogen, benut je alle mogelijkheden en talenten die je ter beschikking zijn
gesteld om dienstbaar te zijn aan God en medemens. De in- en doorwerking van de
Geest maakt dat je ook naar de wereld toe kunt zijn zoals je oorspronkelijk bedoeld
bent, als kind van God, geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis.
Dat
brengt mij op het beeld van de gesloten deur van het koninkrijk van de hemel,
waar de dwaze meisjes die elders olie hebben gekocht, voor komen te staan. De
bruidsmeisjes en de bruidegom zien elkaar niet, maar kunnen elkaar wel horen.
Zij smeken hem, binnengelaten te worden, maar hij zegt dat hij hun werkelijk
niet kent. Ik vraag me af of het niet zien van de bruidegom samenhangt met het
niet verinnerlijken van de liefde van God waardoor je niet van binnenuit weet
wie God voor jou is. Omgekeerd, als God zich niet in jou kan herkennen, als je
geen beeld van God bent, kent hij jou ook niet. Dat wil overigens niet zeggen
dat God een narcist is, die verliefd is op zijn schepping voor zover Hij daar
zich daarin terug kan vinden. God de Vader is werkelijk liefdevol betrokken op
ons, verplaatst zich in ons in de Persoon
van God de Zoon. De Mensenzoon wordt niet alleen in Maria, maar in ons
allen geboren, en vertrouwt zich onvoorwaardelijk aan ons toe. Hij laat zich
zelfs uitleveren aan degenen die Hem ter dood willen brengen, is doorschijnend
tot op God, zelfs tot op de dood aan het kruis. Het is een daad van opoffering
uit liefde, niet om de straf te ondergaan die de Vader eigenlijk bedoeld heeft
voor de zondige mens, maar om ons te laten delen in Zijn sterven en verrijzen.
Tenslotte
nog een gedachte over de eindtijd, waar Jezus naar verwijst als hij zeg “Weest
dus waakzaam, want jullie weten niet op welke dag en op welk tijdstip de
bruidegom komt”. De wijze meisjes lijken hiermee rekening te houden, de dwaze
meisjes niet. Betekent dit nu, dat als je wijs bent, altijd waakzaam moet zijn?
Blijkbaar niet, want ook de wijze meisjes vallen in slaap, en alle meisjes
worden op tijd wakker gemaakt. De waakzaamheid betreft alleen de olie die de
wijze meisjes in voorraad hebben. Als je wijs bent, leeft in tegenwoordigheid
van Gods Geest, wacht je niet op een bijzondere gebeurtenis in de nabije of verre toekomst, maar sta je
open voor God in het diepst van je wezen en daardoor ook voor je medemens.
Normaal gesproken ervaar je dit niet zo sterk, behalve dan in tijden van
crisis, op de breuklijnen van je levensloop, als al datgene waaraan je hecht en
waarmee je je vereenzelvigt, afgebroken wordt en verloren gaat. Als je niet
meer kunt terugvallen op anderen, én niet meer op jezelf, als je in
bestaansnood verkeert, gehuld in de diepe duisternis van de nacht, zal je
verlangen naar God gewekt en vervuld worden. God, die altijd liefdevol op ons
betrokken is, zal zich naar ons, in gebogenheid gestild, toebuigen en ons van
binnenuit oprichten, tot nieuw leven wekken. Je ontdekt dat God niet zozeer de
Machtige is die van buitenaf redding brengt, maar degene die de kern van ons
bestaan vormt, ons ‘tevoorschijn kijkt’, ons doet zijn wie we ten diepste zijn,
kind van God, geschapen naar Zijn beeld en gelijkenis.
Hoe waar
is het gezegde: de enige manier om de
angst en de nood van je bestaan te overwinnen, is er doorheen te gaan, samen
met Jezus Christus.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten