woensdag 1 maart 2017

Gedenk mens dat je stof bent …

Het is de avond van Aswoensdag. Zojuist heb ik een deelgenomen aan een bijzonder mooie, ingetogen viering in de Titus Brandsma Gedachtenis Kerk. We hebben delen uit verschillende psalmen gebeden, afgewisseld met het zingen van de bede “Gedenk, mens, dat je stof bent en tot stof weerkeert”. Terwijl wij deze bede doorzingen, gaan we naar voren om met as getekend te worden. Er daalt er een stille, blijde ingetogenheid in mij neer als ik me voeg bij de rij kerkgangers die zich begeven langs het grote kruis van aarde op de kerkvloer, naar de pastores die ons het askruisje op ons voorhoofd geven. Ik voel dat mij dit helpt bij het aanvaarden van mijn sterfelijkheid. De Veertigdagentijd is voor mij geen reden om in zak en as te gaan zitten. Niet dat het weerstaan van de vele verleidingen om te verzaken aan je roeping zo’n pretje is, integendeel. We kunnen nog zo blij zijn dat God van ons houdt, maar als het er echt op aankomt, kunnen we niet anders dan ons te laten leiden door het vuur van de liefde dat God in ons hart doet branden. En dat doet pijn, veel pijn. In MatteĆ¼s 4, 1-11 lezen we hoe Jezus na de doop in de Jordaan door de Geest de woestijn in gedreven wordt, waar hij 40 dagen en nachten door de macht van het kwaad wordt bekoord. Het laat zien, hoe wij, in navolging van Jezus Christus worden beproefd op onze menselijkheid. Door te sterven aan onszelf, laten we het waanidee los dat we volmaakt zijn of zouden moeten zijn. We accepteren onze kwetsbaarheid en sterfelijkheid. Als we het moeilijk hebben in tijden van beproeving, kunnen we ons laten raken en inspireren door de zalige Titus Brandsma. Het vuur en licht van God ging van hem uit en verwarmde iedereen die naar hem luisterde, zoals toen, bij die lijdensmeditatie op Goede Vrijdag, in een gevangenenbarak in kamp Amersfoort ...


Frans, met askruisje ...